David Hirsch |
23 mei 1813 – 2 februari 1895 |
Hirsch legde het onderwijzers-examen af aan het Koninklijk Seminarie te Brühl. Dr. Eduard Polano uit Rotterdam nodigde Hirsch uit om naar Nederland te komen om de opvoeding van zijn kinderen op zich te nemen (16 juni 1847). 23 mei 1853 Werd een openbare stichting opgericht, waarvan Hirsch in het bestuur zat. De stichting zette zich in voor onderwijs voor doofstommen. Onder leiding van Hirsch groeide het Doofstommen-Instituut aan de Coolsingel te Rotterdam uit tot een school die meer dan 150 leerlingen telde. In 1863 liet Hirsch zich naturaliseren tot Nederlander. Hij richtte nu ook een geneeskundig gesticht en een daaraan verbonden ‘dagschool voor minderjarige idioten’ op in Den Haag. |
BRON - BRON |
Fokke Yntes Kingma |
1813-1883 |
- Op heel jonge leeftijd studeerde hij voor onderwijzer aan de rijkskweekschool in Haarlem. - De eerste school in Nederland, waar speciaal onderwijs gegeven werd aan zwakzinnigen. - Op 2 september 1839 vraagt Kingma toestemming aan het gemeentebestuur van Amersfoort om een 'private school voor spraakgebrekkige en minvatbare kinderen' te mogen beginnen. Deze school werd in de volksmond 'bewaarschool' genoemd. Dit verzoek werd na de plaatselijke schoolcommissie gehoord hebbende, ingewilligd. Bosma betwijfelt of er sprake is van de eerste school voor speciaal onderwijs: ‘Kingma's school in Amersfoort is ten onrechte toegeschreven aan de geschiedenis van het speciaal onderwijs. Zij behoort mijns inziens tot de geschiedenis van het bewaarschoolonderwijs, waarin ze weliswaar een unieke plaats inneemt voor wat betreft onderwijs en opvoeding aan deze kinderen’. - Omstreeks 1 november 1857 wordt Kingma benoemd tot hoofd-onderwijzer van de idiotenschool te Den Haag (de school, die in 1855 door ds. C. E. van Koetsveld gesticht was). Na veel conflicten met het bestuur van deze school neemt hij op 1 november 1858 ontslag en vertrekt hij naar Utrecht. Daar sticht hij op 22 december 1858 de 'Algemeene Supplementschool', een school voor spraakgebrekkige en daardoor achterlijke kinderen. - In mei 1862 wordt deze school naar Amsterdam verplaatst. - Na het overlijden van Kingma in 1883 is de school nog enige tijd voortgezet door zijn beide zoons. In 1886 is zij gesplitst in een afdeling uitsluitend voor spraakgebrekkigen te Amsterdam onder leiding van den heer J. L. Kingma en een afdeling voor achterlijke en zenuwzwakke kinderen te Brummen onder leiding van den heer F. Kingma. Beide scholen zijn na enige jaren opgeheven. |
BRON: Nelleke Bakker, Jan Noordman, Marjoke Rietveld-Van Wingerden. Vijf eeuwen opvoeden in Nederland: idee en praktijk, 1500-2000. BRON: De ontwikkeling van het speciale onderwijs aan Zwakzinnigen in Nederland. door : Dr. A. van Voorthuijsen. Tijdschrift voor Buitengewoon Onderwijs. 4e Jaargang. No. 7. Juli 1923. BRON: C. Bosma, Fokke Yntes Kingma (1813-1883) - Een vergeten pionier van het speciaal onderwijs aan verstandelijk gehandicapten. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 28, 348–368. |
Fokke Yntes Kingma is pionier op het gebied van onderwijs aan verstandelijk gehandicapten: in 1835 - 1838 en 1839 - 1851 leidde hij in Amersfoort een bewaarschool, hij ontwikkelde hier een leesmachine of letterrad - bevindt zich in Museum Flehite - en stimuleerde zangonderwijs.
'F.Y. Kingma 1813–1883
F.Y. Kingma stichtte in 1838 zijn eerste school in Amersfoort. Hij kreeg de goedkeuring voor een particuliere school van het Amersfoortse gemeentebestuur onder de restrictie dat ‘requestrant geene kinderen op zijne school (zou) toelaten of aanhouden boven de leeftijd van zes jaar’ (in: Meijer, 2004, 71). De reden daartoe was dat zijn school niet mocht concurreren met de bestaande lagere scholen. Nu had het stedelijk bestuur niet direct in de gaten wat de bedoeling was van Kingma. In haar verslag over 1839 gaf de plaatselijke schoolcommissie, een jaar na de start, de ‘bewaarschool’ van Kingma een zeer goede beoordeling: ‘Lieten tot nu toe Bewaarscholen alhier veel te wenschen overig, zoo verheugt de Kommissie zich thans met lof melding te kunnen maken van zoodanige school door den onderwijzer F.Y. Kingma onlangs alhier opgerigt (...) De doelmatige inrigting dezer school en de ijver des onderwijzers, door zijne Echtgenoot ondersteund, geven de gegronde hoop dat deze inrigting al meer en meer aan haar doel beantwoorden en de verlangens der ouders uit den fatsoenlijken stand bevredigen zal’ (in: Meijer, 2004, 70). Kingma wilde zich juist richten op die kinderen die in het gewone onderwijs niet mee konden en dat waren uiteraard niet alleen kinderen uit de ‘fatsoenlijken stand’ of ‘bewaarschool kinderen’. Alle kinderen die faalden in het reguliere onderwijs konden op zijn school terecht. ‘Onder hen bevonden zich ook kinderen met spraakproblemen‘ (Dodde, 2010, 659). Veel lesmateriaal ontwierp en maakte hij zelf. Hij publiceerde onder meer ‘Proeve van een leerwijze om kinderen het lezen en schrijven gelijktijdig te leeren’. In 1847 telde de school 71 leerlingen. Op 29 juli 1847 kreeg Kingma het bevel van de gemeente om de kinderen boven de zes jaar van zijn school te verwijderen. De school leverde daarna te weinig op om met een gezin van te kunnen leven (Jak, 1998, 108). Hij werkte vervolgens een korte periode als hoofdonderwijzer aan de school van Van Koetsveld en startte daarna in 1859 in Utrecht de ‘Algemeene Supplementsschool voor spraakgebrekkige en achterlijke kinderen’. De school verhuisde later (1862) naar Amsterdam. In Amsterdam opende hij een Inrichting voor Spraakgebrekkigen. De naam is opzettelijk enigszins flatterend gekozen; zwakzinnige en doofstomme kinderen gingen ook naar deze school. Zijn naam is vooral bekend gebleven omdat hij de verslagen van zijn school liet drukken en een leesmethode heeft uitgegeven. Hij ontwikkelde lees- en spraakmethodes die behalve voor doofstomme en spraakgebrekkige kinderen ook geschikt waren voor achterlijke kinderen. Aan de school werd ook een internaat verbonden zodat ‘kostgelden van verpleegden’ ook een bron van inkomsten werden (Bosma, 1989, 353). Na zijn dood wordt de school voortgezet onder leiding van zijn beide zoons. In 1907 wordt dr. D. Herderschêe als schoolarts aan de school verbonden.'
Brandsma, Jan & Rinus Keyman (red.) (2012). Dr. D. Herderschêe, pionier van het speciaal onderwijs - een groots gedragen gehandicapt leven -. Retro Perspectief Volume 4. Amersfoort: Agiel, p. 16-17.
Link Spelend-geneeskundig onderwijs voor achterlijke kinderen